These New Puritans - Field of Reeds
Wie kan het zich in deze tijden van vluchtige muziekconsumptie nog veroorloven: een plaat uitbrengen waar de luisteraar in eerste instantie waarschijnlijk geen bal van snapt, met het gevaar hem dan maar meteen weer opzij te leggen? Het is precies die gedurfde zet die de Britten van These New Puritans doen met nieuw album Field of Reeds. Zoals altijd is een plaat van de band even wennen, maar met het beluisteren van Field of Reeds vraag je je al snel af of songschrijver/multi-instrumentalist/producer/zanger Jack Barnett een slinks plannetje heeft bedacht of een spelletje met je speelt. Te horen zijn zorgvuldig opgebouwde maar net zo abstracte composities – de benaming 'liedjes' schiet hier echt tekort – die ver verwijderd zijn van het dreigende, soms ronduit agressieve geluid van voorganger Hidden uit 2010.
Muzikale aanknopingspunten; refreinen of hooks ontbreken geheel. Maar toch: Field of Reeds blijft je roepen en aan je knagen. Al snel is duidelijk: Field of Reeds is een album dat alle aandacht en concentratie opeist en je uitdaagt om de muziek proberen te vatten. Daar heb je best een paar luisterbeurten voor nodig, maar tegelijkertijd zijn dat vaak de beste platen. Field of Reeds lijkt het prototype van zo'n plaat. Hoe vaker je hem hoort, hoe dieper je wordt meegesleurd in de wonderlijke muzikale ideeën van Barnett die op Field of Reeds gedetailleerder en preciezer zijn uitgewerkt dan ooit. These New Puritans neemt uitgebreid de tijd om de muziek op te bouwen, veelal met verschillende lagen strijkers, (bewerkte) piano, blazers en de zang van Barnett naast die van Portugese fado-zangeres Elisa Rodrigues, terwijl drums en gitaren juist een heel ondersteunende rol spelen.
De manier waarop Field of Reeds werd geschreven, heeft nog wel te maken met Hidden; voor de live-uitvoering van die plaat samen met een orkest moest Barnett zichzelf notenschrift en het arrangeren voor klassieke instrumenten leren. Binnen twee jaar is Barnett alweer flink wat stappen verder, en arrangeerde hij een hele plaat op deze manier, waarbij hij elementen uit jazz, gecomponeerde muziek, avant-garde, pop en ambient verwerkt en daarmee grote namen als Scott Walker, John Cage, Björk, The Knife, Radiohead’s Jonny Greenwood en Talk Talk in herinnering oproept.
Hoogtepunten zijn er te over, bijvoorbeeld het eerder naar buiten gebrachte Fragment Two of de opvolger The Light In Your Name, waarin onmogelijk klinkende pianoakkoorden samen prachtige melodieën vormen, strijkers en blazers met uitgemeten perfectie opbouwen, drums als paniekaanvallen roffelend komen opzetten, de zang van Rodrigues aan die van Björk doet denken en je een finale krijgt met opnames van bandleden die glasplaten kapot slaan. Of de subtiele mathrock-invloeden met sjamanistische zang van Barnett op V (Island Song) dat je in een kleine tien minuten – dat de track zo lang duurt heb je overigens helemaal niet door – opslokt als een dagdroom.
Ook niet te missen: het meer elektronische Organ Eternal, een herhalend muziekstuk waarop synths, piano en orgel samenkomen in een meditatief en ontroerend nummer dat ogenschijnlijk dodelijk eenvoudig in elkaar zit, maar waarin vele lagen geluid en details in verstopt zitten: de koortjes op de achtergrond, de pianoklanken in de brug die als regendruppels omlaag vallen, de Battles-achtige elektronica die soms de kop opsteekt. Het afsluitende titelnummer is muzikaal misschien wel het meest rijke en abstracte stuk van de plaat, met zang van 'de laagste stem in Engeland', klinkend alsof hij in zijn eentje de soundtrack kan verzorgen voor een horrorfilm. Barnett zelf doet hier denken aan Thom Yorke die de weg definitief kwijt is ("I'm in the wrong plaaaaaace...”), omhoog gepitchte zanglijntjes in Sigur Rós-stijl, het geluid van een opstijgende valk – zelf opgenomen in de studio – naast razendknap gecomponeerde xylofoonstukken.
Vanaf debuut Beat Pyramid uit 2008, met wat nog klonk als iets meer reguliere postpunk, heeft These New Puritans drie platen afgeleverd die bijna niet met elkaar te vergelijken zijn, maar allen toch nadrukkelijk het stempel van de band bevatten. Zo heeft These New Puritans in vijf jaar een weg afgelegd waar de meeste bands tientallen jaren over doen, als dat ze al lukt. De band heeft zijn eigen, eigenwijze pad uitgestippeld met als resultaat een geluid dat nergens terug te vinden is in het huidige poplandschap, maar wel met het gevaar een deel van de luisteraars te bevreemden. Pretentieus? Jazeker. Zouden meer bands moeten durven. Zoals Jack Batnett zelf zegt: "We've driven people mag with this album. I don't enjoy irritating people but it's worth it for the sake of doing something good." Alleen is 'someting good' wel een flinke understatement hierin: nog maar de derde plaat van These New Puritans, is Field of Reeds niets minder dan een grootse triomf.
Klinkt intrigerend. Ik krijg morgen de CD binnen en ga er dan een aantal keer uitgebreid naar luisteren!
BeantwoordenVerwijderenHallo, Ik zie nu pas je reactie! En hoe is het album na een aantal luisterbeurten? Ik heb het album via spotify een kleine twee weken niet meer gehoord en nu ben ik het weer aan het beluisteren. Een groeiplaat die nu op zijn/haar plaats valt. Schitterend!
Verwijderen